maandag 15 september 2014

Machteloosheid bij dementie



Oud worden is niet leuk. Laat me dat nu maar eens voorop stellen. Maar je verplaatsen in de echt oudere blijkt moeilijker dan ik dacht.

Als je moeder gestaag in de vergetelheid wegzakt probeer je toch een onderkomen voor haar te vinden waar je niet meteen depressieve gedachten bij krijgt. Dus begin je met – niet alleen natuurlijk – te zoeken naar een menswaardige huisvestiging in de wetenschap dat het de laatste is.

Voor mijn werk ben ik ooit wel eens in een verderop gelegen instelling geweest voor demente bejaarden. Daar omringd door het groen schrok ik van al die wezenloos starende meestal dames in rolstoelen voor het raam. Het was nog in de tijd dat er amper voorlichting was over dementie.

Zo werd het een schrikbeeld. Later dankzij betere voorlichting en kennismaking met mensen die beroepshalve omgaan met dementerenden verdween dat schrikbeeld een beetje. Grapjes konden weer en op zich leek het me ook weer niet zo erg langzaam in vergetelheid te geraken. Zo nu en dan wakker wordend en een Pinteriaanse discussie aangaand.

Je weet niet wat erom gaat in die grijze massa bij mensen met wie geen goed gesprek meer mogelijk is. Natuurlijk hebben ze hun lucide momenten, maar dan nog is het eenrichting verkeer. Je krijgt hooguit een vaag idee van wat er zich afspeelt in dat grijze hoofd.

Dat maakt het zo moeilijk een geschikt onderkomen te vinden. Natuurlijk die moderne kleinschalige huisvesting zal ongetwijfeld beter zijn dan dat in een eindeloze rij staren voor het raam. Alleen, het probleem is dat wij dit vinden.

De adviseur waarschuwde ervoor dat het niet gaat om wat wij denken. Wij kunnen zoeken om een mooie omgeving waar je moeder nog een beetje plezier aan haar lotgenoten beleeft. Mensen met een beetje zelfde achtergrond. En een mooie ruime eigen kamer. Maar misschien vindt je moeder dat helemaal niet van belang.

Bezoeken aan instellingen die plaatsen vrij hebben is geen vrolijke onderneming. Zeker niet als je de huiskamers ingaat, waar de senioren hun laatste dagen gezamenlijk doorbrengen. Zoveel verschil met die deprimerend starende bejaarden van toen is er nu ook weer niet.

Vinden wij. De meelevende adviseur die je moeder heeft onderzocht ziet het anders. Wat je moeder het ergst mist is contact. Ze zoekt geen mensen om gezellig mee te praten. Dat stadium is ze allang voorbij, maar aandacht en het idee niet alleen te zijn is wel heel belangrijk. Wat wij denken en goed vinden is hierbij niet zo belangrijk.

Dat is moeilijk. Je wilt het goed doen. Als ze straks is verhuisd wil je haar niet met lood in de schoenen bezoeken. Dus overleg je met je broer en zus en zij zitten met ditzelfde probleem. We zoeken allemaal een pracht laatste periode in een lang leven. Maar we hebben geen idee wat dat prachtig in moet houden.


Morgen gaan we weer kijken in een splinternieuw tehuis in haar geboorteplaats nog wel. En dan moeten we de knoop doorhakken. Dat wordt nog moeilijk, net zoals de verhuizing die een beetje buiten haar om zal gaan. Ach, alle goede bedoelingen ten spijt zijn we toch een beetje machteloos.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten