woensdag 10 september 2014

Drijvende stad en andere ideeën





Elke dag trekken wereldwijd 150.000 mensen naar de stad. Een beetje rekenwerk leert dat dit zal resulteren in een tekort aan grond voor woningen en voeding van 22 miljoen vierkante kilometers over dertig jaar.

Het lijkt een abstract getal maar 22 miljoen kilometer is zo’n beetje heel Noord-Amerika. En daar zoekt Floating City een oplossing voor. Want grond is er misschien te weinig op deze aardkloot, water is er ruim voorhanden. Als je nu eens steden op het water bouwt. Drijvende steden dus.

Bij de RDM Campus in Rotterdam wordt gewerkt aan een proefproject van wonen, voedsel verbouwen en sluiten van de nutriëntencirkel. Rutger de Graaf lector drijvend bouwen van de Hogeschool Rotterdam en directeur van Deltasync kan er enthousiast over vertellen.

Alles kan, we hebben de kennis voor bouwen op het water, weet hij. Zeker in de kustgebieden waar de meeste mensen heen trekken kan drijvend bouwen een oplossing bieden voor de huidige veelal onveilige en zeker niet duurzame situatie in de uitdijende miljoenensteden. Want we willen doorgaans wonen op plekken die niet het meest geschikt zijn. En we kunnen niet allemaal zulke dijken als om Nederland bouwen.

Langs het terrein van de roemruchte RDM-gebouwen en in de gebouwen zelf verrijst een complex van innovatieve bedrijfjes en scholen als de Hogeschool en het Albeda College. Wetenschappelijke voeding komt veelal uit Delft. Een miljoeneninvestering die wel nuttig lijkt.

De drijvende stad is een mooi voorbeeld van wat hier ontwikkeld wordt. Een wandeling door het gebouw van wat nu RDM Campus heet toont bedrijfjes als Ampelmann (bouw van stabiele contacten tussen schepen op volle zee en booreilanden en windmolens) en bedrijfjes op het gebied van elektrisch vervoer. En in de andere helft zetelen de hogeschool en het Albeda College. De uitwisseling van kennis en ervaring verloopt er steeds beter.


Het is een ontwikkeling die je op meer plaatsen ziet. Toepassing van elders ontwikkelde kennis in bruikbare duurzame producten voor de nabije toekomst. Leeuwarden kent met Wetsus en de daar ontwikkelde watertechnologie een vergelijkbaar instituut waar hogescholen, middelbaar beroeps onderwijs en innovatieve bedrijfjes nauw samenwerken.

Het lijkt een goed idee, dat uiteenhalen van de ontwikkeling en toepassing van wetenschappelijke kennis. Het zou de druk van de ketel van de universiteiten halen zich met te veel toegepaste wetenschap bezig te houden ten koste van meer fundamenteel onderzoek. Hoewel de grenzen hiervan een beetje vervagen. Maar dit moet nog doordringen tot de financierende overheid, die nog verstrikt zit in het denken in topsectoren.







Geen opmerkingen:

Een reactie posten