Ben je een gevoelloos
mens als je gisteren bij de herdenking van de MH17-slachtoffers weinig voelde?
Het is een vraag die me vandaag bezig houdt bij het lezen van de kranten over
de indrukwekkende herdenking. Je krijgt bijkans tranen in de ogen bij de geschriften
van de columnisten, die zich uitgeput hebben om in hun mooiste proza deze
gebeurtenis te omschrijven en te duiden.
Maar de dag zelf is
geheel aan mij voorbij gegaan. Nu kijk ik doorgaans overdag ook geen televisie.
Ik moest zelfs even nadenken over die halfstokvlaggen aan openbare gebouwen. Alleen
’s avonds werd het mij wat duidelijker en eerlijk gezegd vond ik het, tja hoe vond
ik het? Het deed me weinig.
Het was meteen al mis
toen ik van het neerschieten van het vliegtuig hoorde. Potdorie, dacht ik,
hebben die gekken een passagiersvliegtuig uit de lucht geschoten. Het was een
Maleisisch toestel en er zaten naar mate de dag vorderde 50, 70 en uiteindelijk
192 Nederlanders aan boord en zo ontvouwde zich een Nederlandse ramp. En het
land verkeerde in schok, dat wil zeggen dat was het beeld dat de media
schetsten. Iedereen kende immers wel iemand die omgekomen was.
Ik niet en bij mij thuis
en in mijn familie ook niet. Raar is zo iets. Tot in het buitenland werd het
beeld overeind gehouden: In het kleine Nederland kende iedereen wel iemand die
getroffen was door de ramp. Op 16 miljoen inwoners kent iedereen immers wel
iemand die kennis had aan of familie is van een van de slachtoffers.
Statistisch gezien lijkt het me niet houdbaar, maar vooruit.
Naar wat ik heb gelezen
was de herdenking een roerende plechtigheid met hoogwaardigheidsbekleders en
natuurlijk nabestaanden. Met mooie klassieke muziek en natuurlijk ook Marco
Borsato. Zo’n beetje wat je hoort bij de gemiddelde
begrafenis/crematie-plechtigheid. Voor de nabestaanden schijnt het troostrijk
te zijn om voor het oog van de hele natie het verdriet te delen. Het oplezen
van de namen van de slachtoffers moet tranen te weeg hebben gebracht.
Ik geloof wel dat het
troostrijk is met mensen die hetzelfde zware verdriet hebben bijeen te komen, maar of
dit versterkt wordt door het cameraoog en de aanwezigheid van burgemeesters,
ministers en koning, ik weet het niet. Of het applaus langs de weg waar de
lijkauto’s met de stoffelijk overschotten passeerden troostend is, ik weet het
niet. De media meldden dat het land voor even een eenheid was. Even waren we
Zwarte Piet vergeten. De waardering voor de regering steeg in de peilingen.
Die eenheid hield niet
lang stand. Het korte termijn geheugen van de mens is kennelijk aan slijtage
onderhevig. Het gif van complottheorieƫn deed zijn werk. En de nabestaanden
werden weer alleen gelaten in de verwerking van hun verdriet. Zoals dat voor
alle nabestaanden geldt, die een geliefde plotsklaps verliezen aan ongevallen
die in het grote geheel geen zin hebben. Voor de televisie zeiden die
nabestaanden dat het massale medeleven hen steunde in de verwerking van het immense verdriet.
Zouden ze nu een hekel
aan mij hebben, omdat ik niet heb meegeklapt langs de weg. Dat ik zo mijn
gedachten had over de beweegredenen van al die mensen die daar in rijen stonden
langs de snelweg. Arnon Grunberg bepleitte in een artikel in de New York Times
het recht je verdriet alleen te verwerken. Het werd hem niet in dank afgenomen.
Toch denk ik dat hij gelijk heeft.
Er moeten ook mensen zijn,
die hun verdriet liever niet voor de hele natie ten toon willen spreiden. En
die misschien ook wel een beetje argwaan hebben bij het massale leedbetoon. Maar
goed, die mensen willen niet voor televisie. Dus denken we dat iedereen de
nationale eenheid in het verdriet deelt.
Dat geeft een
ongemakkelijk gevoel als je er een beetje buiten staat. Als ik plots een
geliefde zou moeten missen, zo ben ik bang, zou ik me bezwaard voelen als er
zovelen hun medeleven betonen en televisieprogramma na programma hetzelfde doen
en deskundigen over de schuldvraag laat twisten. Laat me met rust, zou ik dan
willen schreeuwen. Laat me alleen in mijn onpeilbaar verdriet.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten