Femke Halsema schrijft in
De Correspondent over de trots op Nederland en hoe die mensen gelukkiger maakt.
Je moet hier even aan denken als je het nieuws leest over het windmolenbesluit
van Gedeputeerde Staten van Friesland. Bijna alle nieuwe windmolens komen nu in
het IJsselmeer. Het wordt steeds moeilijker ook trots op Friesland te zijn.
Je kunt je nog wel wat
voorstellen over een zekere trots op Nederland. Op het landschap tussen de
rivieren, de polders boven Amsterdam en onwillekeurig de havens van Rotterdam.
En als we het over mensen hebben, een paar wetenschappers met Robbert Dijkgraaf
voorop, een enkele schrijver, sommige artiesten en kunstenaars, slechts enkele
politici met echte principes en een rechte rug.
Maar Friesland heeft die
mensen amper meer. Ja, Slauerhoff was iemand om trots op te zijn en ooit het
fraaie cultuurlandschap. Natuurlijk de Waddenzee en de eilanden en het
prachtige dijkweggetje langs het Mirnser klif. Eh, nee niet de geschiedenis van
de Slach by Warns, waar elk jaar enkele bejaarde Friezen zich verzamelen en
zich laven aan dit stukje geschiedvervalsing.
Het is bijna allemaal van
een voorbije glorie. Het landschap is grotendeels opgeofferd aan megalomaan
denken van de melkveehouderij, zelfs in een tijd dat duidelijk wordt dat zuivelconsumptie
niet zo gezond is en ook nog eens slecht voor het milieu. De ‘Silent Spring’ is
in delen van Friesland verwerkelijkt zonder gif. Ontwatering en geëgaliseerd
grasland waren voldoende om de vogels te verdrijven en het geluid komt nog van
straaljagers.
Mooie rijen gestaag
wiekende windmolens hadden het allemaal nog wat dynamisch kunnen maken. Maar
dan wel in een fraai patroon en niet her en der een losse turbine alsof iemand
steentjes heeft gegooid om de bouwplaats aan te geven. Het had mooi kunnen zijn
en ook blijk gegeven van een bewustzijn dat verder gaat dan het misplaatst
conservatisme van het open landschap.
Nee, dan maar duur bouwen
in het IJsselmeer. Want het heilige uitzicht over eindeloze vlakten monotoon
raaigras moet bewaard blijven. Dan dwing je boeren maar hun immense kuddes
melkvee naar buiten te sturen. Ter stoffering. Want ook die melkveehouderij zou
onze trots zijn. Er komt veel bij je op bij het zien van die industriële
gebouwen die het saaie zicht verder ontsieren, maar trots is het niet. Eerder
schaamte.
Kun je domweg gelukkig
zijn in deze provincie? Om met Halsema te spreken door toch trots te zijn op
wat nog rest? Je moet er moeite voor doen. En misschien luisteren naar Tsjebbe
Hettinga, die de schoonheid uit zijn geheugen putte. En heel misschien op
Leeuwarden als het 2018 is, maar de voortekenen zijn niet alle gunstig. De
blijdschap over de uitverkiezing tot culturele hoofdstad is aan het vervliegen
met het bekend worden van de betrokken namen.
Trots op de taal die
ondanks verwatering met Nederlands stand houdt? Ja zeker als we sommige veelal
oudere literatuur lezen, een dichter als Obe Postma tot je door laten dringen en Hettinga beluisteren. Minder als we het wat lijzige, meestal
te harde stemgeluid beluisteren dat doorgaans de oren teistert. En de irritante
houding van de taalbevorderaars, de eeuwige discussie over weer een nieuwe ‘stavering’.
De weegschaal dreigt door te slaan naar de schaamte met een vleugje trots op
hoe het was en heel soms nog is. Misschien zijn we hier niet voorbestemd om domweg
gelukkig te zijn.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten