zaterdag 11 oktober 2014

De pensioen ongelijkheid



Heeft de NRC gelijk dat het wel wat meevalt met de ongelijkheid in Nederland? Pagina’s vol om dat te betogen en toch mis je wat. Het gaat over salarissen, vermogen en de pensioenen. In dat laatste zou de grote gelijkmaker zitten. Tja, voor wie een pensioen heeft opgebouwd wel.

De Nederlandse bevolking bestaat grotendeels uit mensen met een opleidingsniveau van mbo. Dat garandeert zeker niet een topsalaris. Akkoord door de oprukkende tweeverdiener is menig huishouden van de onderkant opgeklommen naar bovenmodaal. Nu is dit ook niet zoveel, maar het zou ruim voldoende moeten zijn om een redelijk bestaan op te bouwen.

Maar die pensioenen, daar zit toch wel een probleem. Het gigantische kapitaal dat bij elkaar is gespaard, komt niet aan iedereen ten goede. Ooit maakte ik een artikel over jobhoppers. Dar openbaarde zich een schokkende kloof.

Bij een vertrouwen wekkende verzekeraar werkten amper baanveranderaars. De meesten waren dik tevreden bij de aardige baas en spaarden al decennia voor een mooi pensioen. Nee, de behoefte aan een andere baan voor een paar centen meer, speelde slechts door een enkel hoofd.

Bij een bekend transportbedrijf – een van de weinigen met een redelijk smetteloos blazoen – sprak ik een jonge vrouw van rond de dertig, dat me enthousiast vertelde dat ze na bijna tien jaar eindelijk een vast contract als chauffeur had. Nu kon ze beginnen met het opbouwen van iets, een eigen huis, trouwen én pensioen.

Ze vertelde tegelijkertijd dat ze een witte raaf was. Vaste banen kwamen in haar sector weinig voor en door de vele overnames en ondergangen van bedrijven was die vastheid nu ook weer niet spijkerhard. Ze kende eigenlijk weinig collega’s die een fatsoenlijk pensioen in het vooruitzicht hebben.

Later praatte ik daar wel eens over met anderen in de bouw en aanverwante sectoren. Exact hetzelfde verhaal. In veel banen op mbo-niveau is dat gouden pensioen helemaal niet zeker. Zouden ze dit bij de NRC vergeten zijn? Of is het gewoon de blinde vlek bij mensen die het opbouwen van een pensioen als iets vanzelfsprekends zien?

Eigenlijk ben ik bang dat dit laatste het geval is. Voor mij gold het in ieder geval wel een beetje. Ik schrok behoorlijk van die kloof tussen de redelijk verdienende middenklassers in vaste betrekking en die zonder die vaste baan, die toch ook tot de middenklasse worden gerekend.

Zo lang ze werk hebben is er weinig aan de hand al is het zeker geen vetpot. De ellende begint bij het naderen van het pensioen. In dit soort beroepen halen de meesten dat pensioen overigens niet werkend. Dan moeten ze het ineens doen met aow en hopelijk nog een klein pensioentje. En dat is echt dicht bij armoede. Hoezo, het valt wel mee met de ongelijkheid?



Geen opmerkingen:

Een reactie posten