dinsdag 25 april 2017

Het verdriet van economisch nieuws



Economische verslaggeving in de geschreven pers en de overige media kenmerkt zich door het ontbreken van vragen. Het gedoe rond de dreigende overname door PPG van Akzo Nobel gaat louter over de hoogte van het bod en de koers van de aandelen en is daarmee een mooi voorbeeld.

Het geld klotst tegen de randen van de Amerikaanse bedrijven. Een combinatie van een gunstige dollarkoers, lage rente en de überoptimistische verwachtingen van aandeelhouders over het beleid van Trump hebben de aandeelhouders een beetje gek gemaakt. Zover de rationalistische benadering van de markt.

Dat geld moet ergens naar toe. En al roept het kind in het Witte Huis heel hard dat het naar banen in de VS moet, denken de aandeelhouders daar heel anders over. Wat stuwt de koers van die aandelen het meest op? Tja, ofwel de winst uitdelen aan de aandeelhouders. Of andere bedrijven overnemen.
Vooral in Europa zijn bedrijven erg goedkoop. Ook weer door die koers van de dollar. En die Europese bedrijven hebben ook heel veel geld in kas, maar net niet genoeg om Amerikaanse bedrijven over te nemen. 

Zou je ook iets anders kunnen doen met dit geld? Hogere lonen, investeringen in innovatie, duurzaamheid, om maar iets te nemen. Nog even afgezien van fatsoenlijk belasting betalen.
Die vraag stellen de vaderlandse economische verslaggevers amper. Nee, die gaan naar de aandeelhouders om hun licht op te steken. Die aandeelhouders denken anders dan gewone mensen. Het enige wat telt is de waarde van hun aandelen. Al gaat de hele wereld naar de klote, prima als dit de waarde van de aandelen opdrijft.

Een vaderlands bedrijf overgenomen door Amerikanen? Who cares? Als de koers maar stijgt. De bazen van zo’n onder overnamevuur genomen onderneming, klagen over gebrek aan bescherming door de overheid. Onzin natuurlijk, want ze hebben zelf ook menig bedrijf overgenomen in andere landen. De overheid moest toen de vrije markt niet in de weg zitten.

Als die markt echt goed zijn werk deed, dan zouden aandeelhouders ietsje verder kijken dan de dagelijkse waarde van hun aandelen. Bijvoorbeeld naar de vraag hoe hun aandeel in de komende tien jaar rendeert. Dan zouden ze vragen naar investeringen en innovatie. En naar de volstrekte geldverspilling, die overnames in 90 procent van de gevallen zijn.

Een beetje overheid met ballen zou proberen het over de rand klotsende geld op te vangen. Een strengere belastingwetgeving bijvoorbeeld. Laat de multinationals maar meebetalen aan de infrastructuur waar ze zo door floreren. De universiteiten, het gewone onderwijs, het onderhoud van wegen, spoor en behuizing. Helaas hebben we in Europa een overheersend neoliberaal klimaat, waarin de luimen van de markt heilig zijn.

Dus daarvan hoeven we weinig van de verwachten. Tenzij, tenzij de economiejournalisten de echte vragen gaan stellen. De analyses correct maken. De rampzalige geschiedenis van zo’n beetje alle overnames na gaan. De werkelijke redenen voor overnames – aandelen, salarissen ceo’s – aan de kaak stellen. En dat niet in economische rubriekjes die de gemiddelde lezer/kijker overslaat. Gewoon als opening van het Journaal, op de voorpagina.


Maar misschien moet hiervoor de opleiding van de verslaggevers in het algemeen worden verbeterd. Journalistiek is niet gewoon een leuk beroep. Je hebt een verantwoordelijkheid om het publiek de realiteit onder ogen te brengen, hoe naar die ook is. Maar dan moet je die wel snappen. Een dingetje voor de formatieonderhandelingen?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten