Mooi die plaatjes van de
Hubble. Het zet je toch aan het denken. Licht van sterren miljarden oud, die we
nu pas zien. En nu ontstaan of sterven sterren hetgeen we pas over miljarden
jaren kunnen zien. Als er dan nog menselijk leven is, want dat is met een uiteindelijk
stervende zon ook lang niet zeker.
Dan is de mens een
intermezzo geweest in het universum en niet meer dan dat. Met zulke getallen
lijkt hier niemand te zitten. Maar als binnen een ultiem kort tijdsbestek
van een mensenleven die eindigheid zich openbaart zijn we ontzet. De
confrontatie met de dood van de ander laat ons de eigen sterfelijkheid zien en
dat is voor velen ondraaglijk.
Daar moest ik aan denken
toen ik gisteren een bezoek bracht aan mijn moeder, die haar dagen als dementerende
bejaarde slijt in een overigens aangenaam verblijf. Ik werd uitgenodigd aan
tafel waar mij een overheerlijk speklapje werd toegeschoven. Onder genoeglijk
gebabbel van ieder voor zich nuttigden de dames en een heer – het zijn bijna altijd dames op die
leeftijd – hun maaltje van aardappels en worteltjes.
De tafeldiscussie is er
een van groteske Pinterachtige dialogen. Er worden dingen gezegd die voor de
anderen niets betekenen. Alsof er verschillende talen worden gesproken. Dat
heeft voor een buitenstaander zo nu en dan een uiterst komisch effect. Triest
die levensfase? Tja, dat ligt eraan. Ik vind het eigenlijk wel leuk.
In hun dementie in
verschillende stadia lijken emoties slechts zinloze gevoelens, waaraan
moeiteloos voorbij wordt gegaan. Zo vertelde de begeleidster dat in de ochtend
tafelgenoot mevrouw X gestorven was. Er werd vrolijk doorgegeten. Er was geen
commentaar. Gebruikelijke woorden op zo’n moment bleven uit. ,,Ik heb mijn bord
al leeg, maar die speklapjes waren taai’’, sprak mijn moeder.
Mooi is dat en mijn
gedachten gingen weer even terug naar de korte periode dat ik als student
werkzaam was in een psychiatrisch ziekenhuis. Ook daar sneefde op een ochtend
een van de aanwezigen na een hevige hoestbui. De mede-eters keken amper op. Van
enige opwinding was slechts sprake toen bleek dat de net overledene zijn ei had
laten staan.
Wij besloten een kleine
verloting te houden om ruzie te voorkomen. Enthousiast namen de heren – hier
waren het toch vooral mannen die zo gek als een deur waren – deel aan de verloting.
Waarmee het verscheiden van meneer X in een vrolijke toestand eindigde.
Dat plaatst de droefenis
tijdens begrafenissen toch in een ander licht. Hoewel dit soort bijeenkomsten
na enige glazen wijn toch vaak ook nog wel draaglijk eindigen. Kennelijk is
rouwgevoel ook maar een klein draadje in onze hersenen, dat indien doorgesneden
door dementie, andere gekheid of alcohol, de treurnis doet wegsmelten.
Zo kunnen mijn moeder en
haar lotgenoten ook genoeglijk naar het nieuws kijken en zelfs bij de meest
gruwelijke beelden nog immer in hun eigen gedachten doorbabbelen, als ze al
praten. Maar emoties, echt of pseudo, zie je niet. Is dat triest? Nou, als je mensen
ziet twitteren over drenkelingen in de Middellandse Zee wens ik hen een flinke
vorm van dementie toe. De vrees voor deze aandoening is bij mij weer behoorlijk
afgenomen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten