Dat is een mooie van
Joris Luijendijk: We moeten andere politici hebben. Je zou ook kunnen zeggen,
we moeten andere kiezers hebben. Want, zo meldt Luijendijk, het is onmogelijk
boos op de banken te zijn en VVD te stemmen. Terwijl ik hem op een briefje geef,
dat er ook VVD-stemmers zijn, die boos op banken zijn. En CDA’ers die wel lief
voor bankiers zijn.
Toch heeft hij wel een
punt. Eerder zei hij bij De Wereld Draait Door dat media minder op de poppetjes
moeten letten en meer moeten letten op de macht. Nu moeten we de macht van de
media natuurlijk niet overschatten, maar dat politieke verslaggevers vaak wel
erg op de poppetjes letten klopt.
Daarom zou je net zo goed
kunnen pleiten voor een totale ommekeer in het politieke medialandschap. Stuur
al die politieke verslaggevers op cursus of vervang ze door goed opgeleide
frisse journalisten, die zich net als Joris onbevangen in de politieke arena
begeven. En vooral geen enkele behoefte hebben het spel mee te spelen.
Verslaggevers die de
overstap maken naar de politiek als communicatiehulpje zouden zwaar gestraft
moeten worden. Wellicht verdient het aanbeveling in het contract van politieke
verslaggevers een clausule op te nemen dat het verboden is binnen een aantal
jaren na hun journalistieke loopbaan over te stappen naar de politiek. Dit zou
overigens moeten gelden voor alle specialisten op welk terrein dan ook.
Nu het slecht gaat met
vooral de geschreven pers zijn er al te veel werkloze of uitgeschreven
journalisten, die – veelal aangezet door het UWV en natuurlijk geldnood - de overstap naar het onderwerp van hun
werk overwegen en daarop tijdens hun werk preluderen door lief te zijn voor
politici. Dus een aantekening bij het UWV dat journalisten elke baan aan mogen
nemen met uitzondering van communicatiehulp.
De grote vraag is
natuurlijk hoe politieke verslaggevers zouden moeten werken. Hoe kunnen ze hun
werk zo adequaat doen, dat mensen bij een volgende verkiezing werkelijk op die
partij stemmen, die het beste overeenkomt met hun beginselen. En niet op de
politicus die zo leuk mee doet aan idiote spelletjes of zo aardig overkomt op
televisie.
Een journalist in de
politieke arena zou derhalve niet meer mee moeten doen aan de door
communicatiehulpjes ingegeven gekkigheden. Alleen aan pure verslaggeving doen.
Dus duidelijk maken waar de partijen echt voor staan. Dus niet mannetje
Pechtold volgen, maar kijken wat het sociaaleconomische stemgedrag dan wel
programma is.
Niet zeuren over het
humeur van Samson, maar analyseren wat de PvdA werkelijk voor elkaar bakt in
dit kabinet. Als we tenminste uit mogen gaan van sociaaldemocratische
beginselen. En liefst bij de ondertekening van het verslag een link naar de
politieke voorkeur van de betreffende verslaggever. Ik hoor nu natuurlijk de
hele horde van oud-collega’s al roepen dat dit onzin is, omdat ze pogen zo
objectief mogelijk verslag te doen.
Wel daar valt het nodige
op af te dingen, als we bijvoorbeeld naar de verslaggeving rond de Griekse
crisis kijken. Wat hebben journalisten het moeilijk als het gaat om een beetje
serieus te kijken naar de Griekse problemen. Nee, liever luisteren we naar politici
die met gemakkelijke oordelen die problemen bagatelliseren en domweg napraten
dat schulden altijd afbetaald moeten worden.
Dat dit gevaarlijke onzin
is, zouden ze uit de geschiedenis van de vorige eeuw moeten weten. Als na de
Tweede Wereldoorlog Duitsland gedwongen was voor een tweede keer alle schulden
af te lossen, hadden we nu niet zo’n vreedzame linkerbuurman. Dit ter
overweging van oordelen over de Grieken.
Ik weet dat dit
natuurlijk allemaal wel erg veel zou vragen van de media. Als eerste zouden ze
moeten toegeven, dat ze hun taak tot echte voorlichting van hun publiek hebben
laten liggen en uit commerciële overwegingen mee zijn gegaan in de
amusementsindustrie die de verslaggeving zeker in de politiek is geworden.
Natuurlijk zijn er goede
verslaggevers in de politiek. Maar daar lopen politici eigenlijk het liefst met
een boogje omheen. Dat zouden ze ook doen bij elke ombuiging van de
verslaggeving in serieuze richting. Dan geldt de verzuchting van die oude
NRC-verslaggever dat je niet met politici dient te praten maar over hen dient
te schrijven.
En bij een
herstructurering van de publieke omroep zou er een verbod moeten komen op
deelname van politici aan amusementsprogramma’s. Dit ligt wat moeilijk bij de
commerciële zenders, maar daar kan een waarschuwing in de sfeer van – kijken is
slecht voor uw politieke meningsvorming – op zijn plaats zijn. Ook zouden
partijen zelf in hun programma op kunnen nemen dat hun volksvertegenwoordigers
hun werk serieus dienen te nemen.
Ja, we hebben andere politici
nodig, maar ook andere media. Pas dan kunnen we de kiezers de schuld geven. Die kunnen we niet vervangen, wel
enigszins opvoeden. Maar dat schijnt niet meer te mogen in de huidige
journalistiek.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten