maandag 13 april 2015

Andere politici, dan ook andere media



Dat is een mooie van Joris Luijendijk: We moeten andere politici hebben. Je zou ook kunnen zeggen, we moeten andere kiezers hebben. Want, zo meldt Luijendijk, het is onmogelijk boos op de banken te zijn en VVD te stemmen. Terwijl ik hem op een briefje geef, dat er ook VVD-stemmers zijn, die boos op banken zijn. En CDA’ers die wel lief voor bankiers zijn.

Toch heeft hij wel een punt. Eerder zei hij bij De Wereld Draait Door dat media minder op de poppetjes moeten letten en meer moeten letten op de macht. Nu moeten we de macht van de media natuurlijk niet overschatten, maar dat politieke verslaggevers vaak wel erg op de poppetjes letten klopt.

Daarom zou je net zo goed kunnen pleiten voor een totale ommekeer in het politieke medialandschap. Stuur al die politieke verslaggevers op cursus of vervang ze door goed opgeleide frisse journalisten, die zich net als Joris onbevangen in de politieke arena begeven. En vooral geen enkele behoefte hebben het spel mee te spelen.

Verslaggevers die de overstap maken naar de politiek als communicatiehulpje zouden zwaar gestraft moeten worden. Wellicht verdient het aanbeveling in het contract van politieke verslaggevers een clausule op te nemen dat het verboden is binnen een aantal jaren na hun journalistieke loopbaan over te stappen naar de politiek. Dit zou overigens moeten gelden voor alle specialisten op welk terrein dan ook.

Nu het slecht gaat met vooral de geschreven pers zijn er al te veel werkloze of uitgeschreven journalisten, die – veelal aangezet door het UWV en natuurlijk geldnood  - de overstap naar het onderwerp van hun werk overwegen en daarop tijdens hun werk preluderen door lief te zijn voor politici. Dus een aantekening bij het UWV dat journalisten elke baan aan mogen nemen met uitzondering van communicatiehulp.

De grote vraag is natuurlijk hoe politieke verslaggevers zouden moeten werken. Hoe kunnen ze hun werk zo adequaat doen, dat mensen bij een volgende verkiezing werkelijk op die partij stemmen, die het beste overeenkomt met hun beginselen. En niet op de politicus die zo leuk mee doet aan idiote spelletjes of zo aardig overkomt op televisie.

Een journalist in de politieke arena zou derhalve niet meer mee moeten doen aan de door communicatiehulpjes ingegeven gekkigheden. Alleen aan pure verslaggeving doen. Dus duidelijk maken waar de partijen echt voor staan. Dus niet mannetje Pechtold volgen, maar kijken wat het sociaaleconomische stemgedrag dan wel programma is.

Niet zeuren over het humeur van Samson, maar analyseren wat de PvdA werkelijk voor elkaar bakt in dit kabinet. Als we tenminste uit mogen gaan van sociaaldemocratische beginselen. En liefst bij de ondertekening van het verslag een link naar de politieke voorkeur van de betreffende verslaggever. Ik hoor nu natuurlijk de hele horde van oud-collega’s al roepen dat dit onzin is, omdat ze pogen zo objectief mogelijk verslag te doen.

Wel daar valt het nodige op af te dingen, als we bijvoorbeeld naar de verslaggeving rond de Griekse crisis kijken. Wat hebben journalisten het moeilijk als het gaat om een beetje serieus te kijken naar de Griekse problemen. Nee, liever luisteren we naar politici die met gemakkelijke oordelen die problemen bagatelliseren en domweg napraten dat schulden altijd afbetaald moeten worden.

Dat dit gevaarlijke onzin is, zouden ze uit de geschiedenis van de vorige eeuw moeten weten. Als na de Tweede Wereldoorlog Duitsland gedwongen was voor een tweede keer alle schulden af te lossen, hadden we nu niet zo’n vreedzame linkerbuurman. Dit ter overweging van oordelen over de Grieken.

Ik weet dat dit natuurlijk allemaal wel erg veel zou vragen van de media. Als eerste zouden ze moeten toegeven, dat ze hun taak tot echte voorlichting van hun publiek hebben laten liggen en uit commerciƫle overwegingen mee zijn gegaan in de amusementsindustrie die de verslaggeving zeker in de politiek is geworden.

Natuurlijk zijn er goede verslaggevers in de politiek. Maar daar lopen politici eigenlijk het liefst met een boogje omheen. Dat zouden ze ook doen bij elke ombuiging van de verslaggeving in serieuze richting. Dan geldt de verzuchting van die oude NRC-verslaggever dat je niet met politici dient te praten maar over hen dient te schrijven.

En bij een herstructurering van de publieke omroep zou er een verbod moeten komen op deelname van politici aan amusementsprogramma’s. Dit ligt wat moeilijk bij de commerciĆ«le zenders, maar daar kan een waarschuwing in de sfeer van – kijken is slecht voor uw politieke meningsvorming – op zijn plaats zijn. Ook zouden partijen zelf in hun programma op kunnen nemen dat hun volksvertegenwoordigers hun werk serieus dienen te nemen.


Ja, we hebben andere politici nodig, maar ook andere media. Pas dan kunnen we de kiezers de schuld geven.  Die kunnen we niet vervangen, wel enigszins opvoeden. Maar dat schijnt niet meer te mogen in de huidige journalistiek.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten