donderdag 23 februari 2017

Klein gedacht



Mensen die veel reizen kunnen nooit hun mond eens houden, las ik eens ergens. Nu ben ik niet zo'n reiziger, maar ik herken het wel. Het is echt niet om indruk te maken dat ik soms mijn mond niet kan houden over mijn nogal mager arsenaal aan reizen.

Het geluk was natuurlijk met mij in de gouden jaren van de journalistiek, waarin zelfs een journalist van een regionale krant de wereld kon rondreizen. Gek genoeg zijn het vooral de reizen binnen een land, die mij meer zijn bij gebleven dan verre reizen naar dat ene land.

Dat heeft natuurlijk alles te maken met het feit, dat zo'n reis veelal met een vliegtuig wordt gemaakt. En zoals we allemaal wel weten is daar niet veel aan, behalve de continue ergernis over te krappe zitruimtes voor mensen boven de 1.90 meter. In dit land waar zo'n beetje voor alles subsidie te krijgen is, zou er ook een potje moeten zijn voor het oplossen van de narigheden, die je als lang mens tegen komt. Maar dit terzijde.

Vooral wanneer ik een ietsje te veel pleeg te drinken kan ik moeilijk mijn mond houden over mijn reisjes binnen een land. Het heeft natuurlijk ook iets van het ontbreken van toerisme. In Ilja Leonard Pfeijffer's 'Brieven uit Genua' kwam ik een passage tegen van een reisje van Genua naar Rome dat me hieraan deed denken.

Hij beschrijft hierin het beleven van een land dat zoveel groter is dan Nederland, waar elke reis per trein of auto binnen een dag afgelegd kan worden, vice versa ook nog. Opgeblazen zakenlieden die wel eens per vliegtuig van de Randstad de regio bezoeken, worden terecht enigszins meewarig aangekeken. Maar in een groot land is dat anders.

De leukste herinnering heb ik aan een reisje van Barcelona naar Madrid. Eigenlijk was ik er op een soort van vakantie in zo'n aangenaam kustplaatsje onder Barcelona, nog niet ontdekt door de vele Spanje-liefhebbende Nederlanders. Uit pure verveling besloot ik maar eens een interview aan te vragen met de schrijfster Julia Navarro.

De uitgever in Nederland was opgetogen over dit verzoek en stelde alles in het werk dit snel te regelen. Efficiënt als dit soort dames is, was een afspraak in het centrum van Madrid binnen twee dagen geregeld. En nam ik mij voor de volgende dag per automobiel de reis te aanvaarden.

Dit voornemen resulteerde in een licht gevoel van paniek toen ik de route wilde uitstippelen. Dat heb je nu als Nederlander. Je denkt in Nederlandse afstanden. Een afspraak om een uur of drie bleek bijkans ondoenbaar per auto, daar de afstand toch ruim zeshonderd kilometer is.

Dan maar per snelle AVE-trein. Maar ja, ook een reis van ruim drie uur en prijzig. De luxe tijden van de journalistiek waren al voorbij, dus maar eens gekeken op de site van Vueling. Daar bleek zo'n reisje van amper een uur slechts €60 (retourtje) te kosten. Aldus besloten reed ik naar El Prat en maakte me al klaar voor de gebruikelijke wachttijd en douane passage.

Daar was evenwel een groot bord met de mededeling 'Shuttle Madrid'. Dit wees naar een gang om de douane heen rechtstreeks naar de goede gate, alwaar slechts een snelle veiligheidscontrole wachtte. Omringd door ogenschijnlijke zakenlieden, die net als ik met slechts een lichte tas routineus naar het vliegtuig liepen.

Je voelt je dan toch een beetje minder toerist of vreemdeling. Je gedraagt je als een doorgewinterde Spaanse reiziger voor wie zo'n vlucht de gewoonste zaak van de wereld is. Ook aan boord waar een ieder uit zijn tas papieren of laptop pakt – de zakenlieden – dan wel een boek en dat zijn er in Spanje altijd nogal veel, en zonder ophef de vlucht aan zich voorbij laat gaan.

Bij aankomst pak je simpel de enige metro, die rechtstreeks naar de wijk van de zeven ministeries gaat en na een kwartier ben je ter plaatse. Je begrijpt weer eens waarom Barcelonezen zich altijd wat achter gesteld voelen bij de Madrilenen. Waar de tocht van El Prat naar het centrum van Barcelona tot groot geluk van de taxichauffeurs toch ietwat ingewikkeld is, is die van Barajas naar Madrid een toonbeeld van efficiency. Terwijl de luchthavens qua aantallen passagiers elkaar niet veel ontlopen.

Je wandelt naar je afspraak en bent een uur te vroeg. Ach, dan ga je wat eten zoals iedereen er doet, met enkele glazen wijn natuurlijk. Je loopt langs een parkje waar jonge mensen genieten van de lentezon. Je geniet van de zorgeloze aanblik van vrouwen op zo'n Spaanse rokjesdag, waar het bijkans altijd rokjesdag is.

En meer op je gemak dan je in Nederland ooit voor een interview bent, stap je het kantoor van de uitgever binnen. Je babbelt wat in je dan ineens helemaal niet zo beroerde Spaans met de receptioniste in afwachting van de schrijfster. Het was allemaal zo gewoon op een aangename manier.

Terug was al evenmin een inspanning. Tenminste als je de auto bij El Prat hebt geparkeerd. Zie het verdriet van Barcelona. Dan begrijp je ineens weer waarom je definitief wilt verhuizen naar dit land waar geen zeurende boze witte mannen zijn. Althans ze overheersen het nieuws niet.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten