maandag 11 mei 2015

Jef Geeraerts is dood



Jef Geeraerts is dood. Dat brengt toch weer herinneringen omhoog. Ik maakte kennis met zijn boeken in mijn middelbare schooltijd. Met rode oortjes las ik zijn Gangreen 1 Black Venus. Een exotische en even erotische roman. Alleen al de omslag met een mooie strakke naakte Afrikaanse vrouw trok de aandacht.

Hij verhaalde erin van zijn tijd als koloniaal in de Kongo en maakte zijn afkeer van het toen nog heel katholieke Belgische establishment maar al te duidelijk. Een boek om van te houden en een van die boeken, die mede zorg droegen voor een levenslange verslingerdheid aan de literatuur. Vaag staat me bij dat ik het boek op de leeslijst voor het examen had geplaatst. De leraar Nederlands was een ruimdenkende man, die louter de vraag stelde of de man op de foto op de omslag in staat mocht worden geacht al die viriele verhalen ook echt beleefd te hebben.

Na Gangreen 1volgden nog 2,  3 en 4 plus de magnifieke verhalenbundel Indian Summer. Helaas waren de drie opvolgers van Gangreen niet zo goed als nummer 1. Nog wel zeer de moeite waard om te lezen, maar toch. Na zijn Kongo-reeks en die korte verhalen dreef hij langzaam af naar het thriller-genre. Voor het genre ongetwijfeld schitterende boeken, maar aan mij niet zo besteed.

In de jaren negentig keerde hij weer een beetje terug naar de sfeer van de Kongo-romans. Het was in die tijd dat ik hem heb geïnterviewd. Hij had toen zijn stad Antwerpen al verlaten voor Gent. Een afspraak in de stationsrestauratie was snel gemaakt. Ja, met de Leeuwarder Courant wilde hij wel, want hij had een goede vriend detectiveschrijver in Friesland wonen, Joop Boomsma.

De stationsrestauratie zinde de toen al oudere man niet en we gingen op zoek naar een aantrekkelijker etablissement. Het werd een stevige rit door de stad in een in die tijd populaire muscle-car, een Honda Prelude. Geeraerts haalde uit de wagen wat erin zat, zelfs in het drukke Gentse verkeer.

Het werd een boeiend gesprek, al was hij enigszins teleurgesteld, dat ik zijn thrillers niet zo gevolgd had. Of hij de weerslag van het gesprek erg op prijs heeft gesteld, heb ik niet mogen vernemen. Toch bleef die wat breekbare man in stoere bontjas mij bij. Elke keer als ik zijn naam hoorde moest ik toch weer denken aan zijn Gangreen-boeken.

Een enkele keer haalde ik het nog wel eens uit de kast en las er weer enkele pagina’s uit. Dat jagende schrijven van hem bleek tijdloos en nog immer boeiend. En nu is hij dan dood. Tja, een mens wordt ouder. Eerst werden de mensen die je interviewde jonger dan jezelf was en nu sterven ze. Time flies….



Geen opmerkingen:

Een reactie posten