De politiek moet meer naar
mensen luisteren. Dat, zo zegt de Raad van Openbaar Bestuur is een
probaat middel tegen de boze burger. Die voelt zich niet begrepen.
Tja, het is een bekende riedel, maar klopt het ook?
Op verjaardagen is het
altijd een mooie gelegenheid zulks te testen. De buurman beweert
iets, waarvan je weet dat het niet klopt. Althans de feiten kloppen
niet. Dus breng je zulks naar voren. Had je gedacht. Buurman wordt bozig
over de bronnen van die feiten, vooral als het de wetenschap is.
Is dit iets van deze tijd?
Nou nee. Vroeger hoorde je ook veel onzin in de snackbar. Van het
type mensen dat immer roept, dat ze het toch veel beter weten dan die
mensen 'die ervoor hebben doorgeleerd'. Want zij weten het uit de
praktijk en die praktijk is een soort heilige graal van het betere
weten.
De feilloze, alwetende oom,
buurman, noem maar op is van alle tijden. Feiten hebben er bij deze
lieden nooit toe gedaan. Die feiten waren strijdig met wat ze graag
wilden dat waar is. Dan kun je gaan twijfelen of je wens juist is,
maar gemakkelijker is en blijft het feiten in twijfel te trekken.
Vroeger bleef dit soort
ontkenning van de werkelijkheid beperkt tot verjaardagen, de
stamtafel en de snackbar. Daarbuiten heerste de wereld van de feiten.
De politiek, de wetenschap, de kerk – met uitzondering van het
geloof in etc. – alles wat gezag had, eerbiedigde de feiten.
Tot in de politiek lieden
opstonden die ontdekten dat twijfel zaaien aan de zekerheden van de
gevestigde orde electoraal interessant was. Nu is een zekere twijfel
aan overheersende denkbeelden op zich heel goed. Decennia hebben de
partijen rechts en links van het midden ons opgezadeld met het
neoliberalisme. Media van alle gezindte deden hier aan mee.
Degenen die daar
vraagtekens bij plaatsten, werden uitgezonderd van de discussie.
Nogmaals, het is terecht, dat hier goed onderbouwd tegen
geprotesteerd werd. Maar het verschijnsel van de boze burger is iets
heel anders. Die ontkennende peuter in de nee-fase wil helemaal geen
andere economie, eigenlijk wil hij helemaal niets.
Dus stemt de sukkel op
partijen die de bestaande orde in ieder geval niet zullen veranderen.
Tegen het eigen belang en dan later lekker mekkeren dat er niet naar
hem wordt geluisterd. Helden heeft de boze burger nu ook. Eerst de
neo-fascistisch geïnspireerde blokkade van anti-zwartepiet
demonstranten. Nu de dwarse burgers die de hongerige dieren ondanks
het verbod van hogerhand balen hooi toewerpen.
De nieuwe helden van de
boze burger, die niet willen luisteren naar wel onderbouwde
argumenten. Die de wetenschappers maar lulhannesen vinden, laat staan
dat ze luisteren naar de Dierenbescherming of de Partij voor de
Dieren. Hun natuurlijke bondgenoten zou je zeggen. Nee, en hier wordt
het link.
Want er wordt zeker niet
geluisterd naar instituties, die door populistisch domrechts als
links zijn gedefinieerd. De boze burger is niet het gevolg van
politici die niet luisteren naar zorgen of daar geen begrip voor
hebben, het is het gevolg van nieuwe politici die de boosheid
uitbuiten voor electoraal gewin.
Domrechts komt met
oplossingen op zoek naar problemen. Weg met moslims. Een populair
thema op het platteland waar in verste verste verte geen moskee te
bekennen is. Klimaatverandering, vuile lucht, linkse onzin om de
gewone man een poot uit te trekken, zeggen de boze burgers in steden
die zuchten onder de uitstoot van auto's en houtkachels.
De boze burger is er
altijd geweest. Maar kerk, onderwijs en media wisten het verschijnsel
met de mantel der liefde te bedekken. Helaas is hun invloed sterk
afgenomen. Nu zitten we met de brokken met dank aan Fortuyn, Wilders
en nu Baudet. Meer democratie om de boze burger gerust te stellen? Daar moet een piemel in, zal die roepen.
Straf liever de politici
af, die de boze 'onbegrepen' burger sterkt in zijn opvattingen.
Daarna mag je praten over een betere democratie. Niet eerder. Want extreem-rechts maakt er misbruik van.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten